Nederland koploper met 95 procent Open Access, maar vernieuwing strategie is nodig

Actueel

Laatst bijgewerkt op
boekenkast met studerende student ernaast

Sinds 2016 is het percentage open toegankelijke peer-reviewed artikelen gestegen van 42 procent open access naar 95 procent in 2024. Daarmee is Nederland een koploper in de wereld. Caspar van den Berg, voorzitter Universiteiten van Nederland: “We hebben voor elkaar gekregen dat bijna alle artikelen vrij toegankelijk zijn voor de hele samenleving. Als je bedenkt dat het internationale gemiddelde op ongeveer 50 procent ligt, dan is dat echt iets om trots op te zijn. Maar onze ambitie reikt verder: we blijven werken aan meer regie voor wetenschappers over hun publicaties en aan eerlijkere verdienmodellen bij uitgevers.”

Zonder betaalmuur beschikbaar

Bij Open Access worden wetenschappelijke artikelen, boeken, proefschriften en soms ook software en onderzoeksdata vrij beschikbaar gemaakt. Zo kan iedereen, van studenten tot bedrijven en burgers, zonder betaalmuur gebruikmaken van nieuwe kennis. In 2024 zijn door medewerkers van de vijftien Nederlandse universiteiten alleen al, ruim 52.000 peer-reviewed artikelen open access gepubliceerd. Daarvan is dus inmiddels 95 procent kosteloos beschikbaar. Wereldwijd ligt dat percentage rond de 50 procent. 

Nu doorpakken

Ondanks de hoge Nederlandse Open Access cijfers voor de peer reviewed artikelen zijn er ook zorgen. Wetenschappelijke auteurs en instellingen hebben zeer beperkte invloed en autonomie, terwijl zij wel de inhoud leveren en betalen. Van den Berg: “Eigenlijk heb je als je gaat publiceren totaal geen zicht op wat er met jouw artikel of proefschrift gebeurt na het indienen. De universiteiten hebben weinig zeggenschap over de kwaliteitsprocessen, de criteria voor acceptatie van artikelen, de wijze waarop kosten worden doorberekend of over de rol van AI. Dat moet echt anders.” 

Ook zijn er zorgen om de nieuwe businessmodellen rond Open Access, waarbij sommige uitgevers hun kwaliteitsbewakings- en andere processen minimaliseren. Uitgevers hebben er baat bij dat wij zoveel mogelijk artikelen publiceren. De publicatiedruk - ‘publish or perish’ - in het wetenschapssysteem zorgt er ook voor dat we juist elk jaar meer publiceren in steeds meer tijdschriften. Mede in relatie tot het programma Erkennen & Waarderen vraagt dit om een nieuwe publicatiecultuur waarin kwaliteit boven kwantiteit staat.

Verder moet er wereldwijd nog een behoorlijke slag gemaakt worden. Vooral de lage- en middeninkomenslanden loopt tegen de hoge Open Access kosten aan. Dat wil zeggen dat ze met Open Access wel veel gratis kunnen lezen, maar niet voldoende middelen hebben om zelf als Open Access te publiceren of wat nog achter betaalmuur zit, te kunnen lezen.

Nieuwe aanpak nodig

Universiteiten willen meer grip krijgen op hoe wetenschappelijk onderzoek wordt gepubliceerd en hoe we de autonomie van wetenschappers op de verschillende publicatieprocessen kunnen verhogen. Een meer autonoom publicatiesysteem is daarbij nodig om de toegankelijkheid en maatschappelijke impact van wetenschappelijke kennis te versterken.

Wij willen met OCW in gesprek over de transitie naar een inclusiever en autonomer publicatiesysteem waarin de academische gemeenschap zelf het voortouw krijgt. Zo’n transitie vraagt namelijk om financiële impulsen naast een verdere inbedding in (inter-)nationale wet- en regelgeving, (inter)nationale samenwerking en een actieve houding van ministerie en van de politiek.


UNL rapporteert jaarlijks aan de minister van OCW over de Open Access cijfers. In de brief aan de minister worden de resultaten van de jaarlijkse monitor toegelicht als ook een beschrijving van de nieuwe meetmethode. De data inclusief beschrijving komen open beschikbaar op Zenodo.

Brief aan de minister van OCW

Brief aan OCW monitoring open access cijfers 2024.pdf

Jaaroverzicht