Print
 
 

Universitair medische centra


Nederland telt acht universitair medische centra (umc’s):


•    AMC, Academisch Medisch Centrum te Amsterdam
•    Erasmus MC, Erasmus MC te Rotterdam
•    LUMC, Leids Universitair Medisch Centrum te Leiden
•    Maastricht UMC+, Maastricht UMC+ te Maastricht
•    UMCG, Universitair Medisch Centrum Groningen te Groningen
•    Radboudumc, Radboud universitair medisch centrum te Nijmegen
•    UMC Utrecht, Universitair Medisch Centrum Utrecht te Utrecht
•    VUmc, VU medisch centrum te Amsterdam


De umc’s onderscheiden zich van algemene ziekenhuizen door hun publieke functie en hun relatie met de universiteit. Het leveren van topreferente zorg hangt daarmee samen. Internationaal gezien is de nauwe verbondenheid tussen medische faculteit en ziekenhuis in een umc uniek.

Publieke functie

De publieke functie van de umc’s omvat de volgende taken:

  • Het behandelen van topreferente patiënten die nergens anders terecht kunnen;
  • Kennisontwikkeling door het uitvoeren van baanbrekend wetenschappelijk onderzoek;
  • Het realiseren van zorgvernieuwingen op basis van de wetenschappelijke vindingen;
  • Kennisverspreiding door het geven en verdiepen van medisch onderwijs van basiscurricula, vervolgopleidingen en na- en bijscholing aan (toekomstige) zorgverleners.

De bijzondere positie van de umc’s op het snijvlak van zorg, medisch onderwijs- en onderzoek staat beschreven in de positioneringsnota die het kabinet op 11 juli 2014 publiceerde.

Samenwerking
De basis voor de umc-vorming werd gelegd met de wijziging van de Wet op het Hoger Onderwijs (WHW) in 1990. Aanleiding vormde het inzicht dat kennis een sleutelrol zou gaan spelen in de zorg. Het samengaan van onderwijs, onderzoek en patiëntenzorg biedt umc’s een unieke positie om op die terreinen state of the art prestaties te leveren. Het impliceerde tevens een nauwere bestuurlijke samenwerking: de decaan van de faculteit geneeskunde maakt deel uit van de raad van bestuur van een umc.
 
Ook universiteiten hechten grote waarde aan de intensieve samenwerking die in de umc’s gestalte krijgt. Het toenemend belang van multidisciplinariteit voor het oplossen van complexe (maatschappelijke) vraagstukken betekent dat binnen alle universiteiten de samenwerking tussen diverse faculteiten toeneemt.

Financiering
Patiëntenzorg, het ontwikkelen van kennis over medisch-specialistische zorg en het vertalen daarvan naar concrete toepassingen brengen kosten met zich mee die niet passen binnen de gangbare marktwerking. Deze ‘kennistaak’ legt de overheid bij de umc’s, ondersteunt door een aparte financiering.

Het ministerie van VWS en de zorgverzekeraars dragen bij aan financiering van de patiëntenzorg. Het ministerie van OCW doet dat voor onderwijs en onderzoek. De universiteiten dragen bij aan financiering van onderwijs en onderzoek en het bieden van een werkplaats voor de opleiding van basisartsen door de faculteit geneeskunde en het ziekenhuis.

NFU
De acht umc’s werken samen en worden vertegenwoordigd door de NFU, de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra. De VSNU werkt nauw samen met de NFU.