Print
 
 

Internationalisering en duurzaamheid: op zoek naar balans in Gent en Lille  

22-10-2019

 

Op de vroege ochtend van donderdag 17 oktober ontmoeten we elkaar eens ergens anders dan in Den Haag: op Rotterdam Centraal. De jonge beleidsadviseurs van de VSNU gaan als onderdeel van hun ontwikkelprogramma op werkbezoek naar Gent en Lille. We gaan met de trein, want het overkoepelende thema van onze reis is duurzaamheid. We spreken af dat we de Belgen en Fransen niet zullen onderbreken tijdens hun presentaties de komende twee dagen. In Nederland is dat een teken van interesse of aandacht, in deze landen kan het worden opgevat als onbeleefd.  


In Gent ontvangt de vice-rector, Mieke van Herreweghe, ons in een prachtig gebouw midden in het sprookjesachtige centrum. In dit gebouw vinden de meeste promoties en grote conferenties plaats. Veel Gentse academici hebben deze plek daarom in hun hart gesloten. We horen veel over het vooruitstrevende duurzaamheidsbeleid van de UGent. Verduurzaming van het gebouw is lastig, omdat het gebouw cultureel erfgoed is. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat het gebouw in de toekomst daarom afgestoten moet worden, wat kan zorgen tot onvrede bij medewerkers. We praten over internationalisering en selectiecriteria. In België is er een wet die voorschrijft dat enkel 6% van de bacheloropleidingen als voertaal Engels mag hebben. Dat heeft veel invloed op de mate van internationalisering. Omdat er bijna geen Engelstalige bachelors zijn, kan het lastig zijn voor buitenlandse studenten om naar België te komen. Om toch de mogelijkheid te creëren voor buitenlandse studenten om aan de UGent te studeren, worden er binnen de bachelors wel verschillende vakken in het Engels gegeven. 


Na de lunch luisteren we met rode wangen – want in België wordt er een glas wijn geschonken tijdens de lunch – naar de presentatie over het nieuwe Gentse evaluatiemodel (het ZAP-loopbaanmodel). Het model berust op het principe dat je promotie krijgt – tenzij... Het uitgangspunt is stapsgewijs doorgroeien, van universitair docent tot hoogleraar. Het zelfstandig academisch personeel (ZAP) wordt in een cyclus beoordeeld en van feedback voorzien. Zelfreflectie, constructieve feedback en communicatie staan centraal. In VSNU-verband zijn we met het project Erkennen en Waarderen ook op zoek naar een nieuw beoordelingssysteem voor wetenschappers. Het Gentse model is al 1,5 jaar dagelijkse praktijk aan de UGent. 

 

 

Op vrijdag treinen we verder richting het Zuiden. We arriveren in Lille, het prachtige hart van het Franse Noorden. Drie van de negen beleidsadviseurs spreken relatief goed Frans en dat blijkt geen overbodige luxe. In de Franse politiek vindt de discussie over internationalisering op een heel ander niveau plaats dan in Nederland. De afgelopen jaren vindt er een daling plaats in het aantal internationale studenten in Frankrijk. De Franse overheid moedigt Engelstalig onderwijs daarom steeds meer aan. Op die manier worden internationale studenten geënthousiasmeerd om in Frankrijk te studeren. Dat is een nieuwe interpretatie op de francofonie, de verspreiding van de Franse taal en cultuur in het buitenland. De overheid ziet in dat het meer effect heeft om buitenlandse studenten op die manier aan hen te binden, dan te verwachten dat zij perfect Frans spreken en alleen dan onderwijs kunnen volgen.

 
Een interessant inzicht voor ons dit werkbezoek is de moeilijke verenigbaarheid van duurzaamheid en internationalisering. In zowel Gent als Lille worden wetenschappers zoveel mogelijk gestimuleerd met de trein te reizen, maar dat is niet altijd mogelijk. Academici werken veel samen met collega’s uit het buitenland en bezoeken internationale conferenties. Voortschrijdende internationalisering gaat automatisch gepaard met bijvoorbeeld meer vliegen. De uitdaging is om te zoeken naar nieuwe werkvormen voor internationale samenwerking, zonder de carbon foot te vergroten. Misschien een idee voor het volgende jaarlijkse VSNU-jong-project?