Bezig met laden
VSNU
  • Home
  • Voorwoord
  • Wageningen University & Research
  • Vrije Universiteit
  • Universiteit van Amsterdam
  • Universiteit Utrecht
  • Universiteit Twente
  • Universiteit Leiden
  • Tilburg University
  • TU Eindhoven
  • TU Delft
  • Rijksuniversiteit Groningen
  • Radboud Universiteit
  • Maastricht University
  • Open Universiteit
  • Erasmus Universiteit Rotterdam
  • Menu

Duurzame-energie-installaties schadelijk voor biodiversiteit

Duizenden installaties voor het opwekken van duurzame energie staan in natuurgebieden die cruciaal zijn voor de biodiversiteit. Zorgwekkend, aangezien de installaties grote negatieve effecten kunnen hebben op de natuurlijke leefomgeving van vele soorten. Tot deze conclusie komt een internationaal team van onderzoekers, onder wie UvA-ecoloog James Allan. De resultaten zijn recent gepubliceerd in het prestigieuze wetenschappelijke tijdschrift ‘Global Change Biology.

Credits: Francisco Hidalgo

Guanacos in Chileens Patagonië, één van de laatste overgebleven wildernis gebieden.

De onderzoekers brachten in kaart in welke natuurgebieden installaties staan voor onder andere het opwekken van zonne-energie, windenergie en waterkracht. Ze vonden meer dan 2.200 actieve installaties in wildernis- en (beschermde) natuurgebieden die belangrijk zijn voor de biodiversiteit. Daarnaast identificeerden zij nog eens 900 energie-installaties die momenteel in natuurgebieden worden gebouwd.

Dringende oproep

Het onderzoeksteam toont aan dat de meeste bestaande duurzame-energie-installaties in natuurgebieden zich bevinden in West-Europa en ontwikkelde landen. De installaties die momenteel in aanbouw zijn, staan met name in belangrijke biodiversiteitsgebieden in Azië en Afrika. Dat zijn precies de gebieden waar een groot deel van de wereldwijde biodiversiteit te vinden is.

De botsing tussen een vogel en de wieken van een windmolen illustreert wat het gevaar kan zijn van duurzame-energie-installaties. Credits: The Peregrine Fund.

James Allan van het Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (IBED) van de UvA legt uit: ‘Effectieve inspanningen op het gebied van natuurbehoud en een snelle overgang naar duurzame energie zijn beide essentieel om uitsterving van soorten en catastrofale klimaatverandering te voorkomen. We erkennen dat de overgang naar duurzame energie cruciaal is om de CO2-uitstoot te verminderen, maar het is extreem belangrijk dat ervoor gezorgd wordt dat installaties voor het opwekken van duurzame energie worden gebouwd op plaatsen waar ze de biodiversiteit geen schade toebrengen.’

Het team roept overheden, industrie en ontwikkelingsorganisaties dan ook op om de uitbreiding van duurzame-energie-installaties zodanig te plannen dat belangrijke natuurgebieden worden vermeden. De onderzoekers benadrukken daarbij de urgentie van het probleem: de duurzame-energiesector zal naar verwachting tegen 2060 zijn vertienvoudigd gezien de ambitieuze doelstellingen van landen voor duurzame ontwikkeling. ‘Om echt duurzaam te zijn, moet bij de ontwikkeling van duurzame-energie-installaties rekening worden gehouden met zowel de biodiversiteit als het duurzaam gebruikmaken van onze grondstoffen’, besluit Allan.

Klik hier om de desktopversie van het SDG-Dashboard te bekijken

Inkrimping diergemeenschappen heeft ernstige gevolgen voor tropische ecosystemen

Zelfs een klein verlies aan grote diersoorten in tropische bossen kan ernstige gevolgen hebben voor ecosystemen. Dit is de conclusie van een simulatieonderzoek met verschillende empirische interactienetwerken van planten en fruitetende vogels. De auteurs van de studie, waaronder UvA-onderzoeker Daniel Kissling, publiceerden hun resultaten in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Communications.

Copyright: Maximilian Vollstädt

De Roodstuitarassari (uit de familie van toekans: Aulacorhynchus haematopygus) is een stevige, fruitetende vogel die wordt aangetroffen in vochtige Andes-bossen in Ecuador, Colombia en Venezuela.

Door overbejaging, ontbossing en bosfragmentatie verdwijnen diersoorten in tropische regenwouden steeds meer. Grote soorten, die bijzonder kwetsbaar zijn voor veranderingen, nemen relatief veel sneller af dan andere soorten, omdat ze bij voorkeur worden bejaagd of sterker worden aangetast door verlies en afbraak van habitats. De nieuwe studie toont aan dat het verlies van grote dieren, ook wel verkleining van ecologische gemeenschappen genoemd, ernstige gevolgen heeft voor het functioneren van ecosystemen in het regenwoud.

Fruitetende dieren

Fruitetende dieren spelen een buitengewone rol in tropische ecosystemen. Ze bewegen constant rond de zaden van door dieren verspreide planten en beïnvloeden daardoor de verspreiding, genstroom en genetische structuur van plantenpopulaties. Naar schatting is meer dan 70% van de boom- en struiksoorten in tropische bossen voor hun zaadverspreiding afhankelijk van fruitetende dieren. ‘Vooral het verlies van grote fruitetende dieren zoals toekans, primaten en tapirs heeft ernstige gevolgen voor het functioneren van tropische regenwouden, omdat deze dieren onevenredig bijdragen aan de verspreiding van zaden over lange afstanden van planten’, legt UvA-ecoloog Kissling uit.

Toekomstige regenwouden

‘Toekomstige regenwouden zullen er qua boomsamenstelling waarschijnlijk heel anders uitzien dan de huidige. Andere studies hebben al aangetoond dat dergelijke toekomstige regenwouden waarschijnlijk veel minder koolstof kunnen opslaan’, legt Donoso uit. Dit komt omdat bomen die waarschijnlijk verloren gaan, verspreid staan door grote dieren. Ze hebben ook een hoge biomassa en een hoge houtdichtheid, waardoor ze grote hoeveelheden koolstof opslaan. ‘Het beschermen van grote dieren in regenwouden is daarom belangrijk voor het behoud van de biodiversiteit en voor het behoud van de diensten die tropische regenwouden ons bieden’, besluit Kissling.

Klik hier om de desktopversie van het SDG-Dashboard te bekijken

Scroll naar bovenzijde